De Tibetaan: een half langharige en gezellige kat

De Tibetaan is ontstaan uit een kruising van de Balinees en de Tonkinees. Het is eigenlijk de langharige variant van de Tonkinees, net als de Balinees de langharige variant is van de Siamees. Het leuke aan dit ras, is dat het is ontstaan in Nederland. Nog vrij recent, in 1997, is dit ras officieel erkend. Ook dit ras heeft net als zijn Oosterse voorouders een gezellig en nieuwsgierig karakter. Wil jij weten hoe de Tibetaan in Nederland is ontstaan? Lees dan maar snel verder!

De afkomst: uit Nederland!

De Tibetaan is een ras dat is ontstaan in Nederland. Agnes Driessen is de Nederlandse die zich heeft toegewijd aan het ontwikkelen van dit ras. Sinds 1997 is het dan ook een officieel erkend ras. Het is eigenlijk een half langharige variant van de Tonkinees, maar dus met zijn eigen ras naam.

Het verhaal van de Tibetaan begint bij Agnes met het fokken van de Balinees. Dit ras is de langharige variant van de Siamees. Van origine was dit een vrij rond en stevig ras in tegenstelling tot de Siamees, die vaak een spitse en slankere uitstraling had. De Amerikaanse lijn van Balinezen werkte steeds meer naar dit Siamese uiterlijk toe voor de Balinees. Toen deze Balinezen van Amerikaanse afkomst steeds meer te zien was in kattenshows in Nederland, werd bepaald dat ook de Nederlandse Balinezen dit uiterlijk moesten hebben.

Het veranderen van de standaard van de Balinees beviel Agnes niet zo goed. Zij had liever de wat bollere variant. Daarom besloot ze zich op een ander Oosters ras te focussen, namelijk de Tonkinees. Deze waren alleen in Nederland niet te vinden, dus ging ze op zoek naar een Siamees en Burmees. Door het kruisen van deze twee rassen ontstaat de Tonkinees. Alleen had Agnes al een Balinees in bezit, wat eigenlijk een langharige Siamees is. Ze besloot om deze langharige Siamees te kruisen met een Burmees. Zo ontstonden ook kortharige Tonkinese kittens, alleen droegen deze het langharige gen. Aangezien het lange haar Agnes wel aansprak, besloot ze deze Tonkinese kittens met het langharige gen te kruisen met de Balinezen (of langharige Siamezen). Uit de kruising van deze twee ontstond daardoor de langharige Tonkinees, die we nu kennen als de Tibetaan.

Het karakter: een spraakzaam nieuwsgierig aagje

De Tibetaan heeft veel van dezelfde karakters als zijn voorouders de Siamees, Balinees en Tonkinees. Het is een erg aanhankelijk ras dat flink veeleisend is. Ze hebben er dan ook een hekel aan om lang alleen te zijn. Een druk gezin met veel kinderen of meerdere dieren is dan ook de beste plek voor dit ras. Dit veeleisende laten ze ook wel merken door hun vocale eigenschappen. Het is dan ook goed mogelijk om een heel gesprek te voeren met de Tibetaan en ook reageren ze goed op het roepen van hun naam.

Verder heeft de Tibetaan ook een erg nieuwsgierige aard. Ze vinden het leuk om het hele huis door te lopen en allerlei nieuwe plekken te ontdekken. Dit is natuurlijk niet altijd gewenst, dus kom je ze misschien tegen op plekken waar ze niet mogen komen. En ook al doe je de deur van de verboden plek dicht, de Tibetaan is dusdanig intelligent dat hij deze wel open weet te krijgen. Deze aard is ook niet altijd even geschikt voor buiten, omdat het ervoor kan zorgen dat ze verdwalen. Daarom is de Tibetaan vooral erg geschikt om als huiskat te houden, als er in ieder geval wel genoeg ruimte is. Als ze naar buiten gaan wordt het vaak wel aangeraden om een goede omheining om de tuin heen te zetten, zodat ze niet in hun nieuwsgierigheid weglopen. Deze nieuwsgierige aard zorgt altijd voor vermaak en met hun intelligentie weten ze telkens weer nieuwe capriolen uit te halen.

Daarnaast heeft de Tibetaan hondachtige eigenschappen. Waar het goed luisteren naar hun naam er al een van is, vinden ze het ook leuk om voorwerpen te apporteren. Ze kunnen hier erg lang mee doorgaan. En daarnaast kan de Tibetaan ook echt een maatje worden van de eigenaar. Ze kunnen erg gehecht raken aan hun baasjes.

Het uiterlijk: een slanke en gespierde uitstraling

Ook het uiterlijk van de Tibetaan lijkt veel op die van zijn voorouders. Het is een slank en gespierd dier, die daardoor niet heel zwaar lijkt, maar toch wel relatief zwaar is door zijn spieren. Ze wegen gemiddeld tussen de 2.5 en 5.5 kilogram.

De bouw is verder erg elegant en van gemiddelde grootte. De Tibetaan behoort tot de groep Oosterse kattenrassen. Deze zijn van uiterlijk allemaal redelijk hetzelfde, met wat kleine verschillen. De Tibetaan lijkt vooral op de originele Balinees, die wat ronder en voller is dan de Siamees. Ze hebben een slank lijf en goed ontwikkelde spieren. De poten zijn lang en eindigen in ovale voeten. De kop is wigvormig met grote oren die breed uit elkaar staan. De ogen zijn ovaalvormig. Bij dit ras komt een zeldzame oogkleur voor die aquamarijn heet. Dit is een blauwgroene kleur die alleen bij de Tibetaan en Tonkinees voorkomt. Dit komt omdat de Balinees blauwe ogen heeft en de Burmees goudkleurige. Na het mengen van deze kleuren ontstaat de kleur aquamarijn.

De vacht is halflang met een mooie pluimstaart. De vacht is zijdezacht en erg glanzend en klit niet zoveel als andere langharige rassen. Dat komt omdat er geen ondervacht is. Deze ondervacht is kort en bestaat uit dunne en zachte haartjes. Het is een soort dons vacht die een isolerende functie heeft. Omdat de vacht halflang is, is deze isolerende functie minder nodig en vervalt de ondervacht.

De vachtkleur en vachtpatronen die voorkomen

De Tibetaan heeft van zijn voorouders het vachtpatroon geërfd, welke colourpoint heet. Dit patroon heeft als kenmerk dat alleen bepaalde delen van de vacht donkerder gekleurd zijn en andere delen wat lichter. Het patroon ontstaat door een genetische mutatie die ervoor zorgt dat er minder pigment aangemaakt wordt. Deze mutatie is temperatuur afhankelijk, wat betekent dat de mutatie meer invloed heeft op warme plekken. Dit zorgt ervoor dat op warme plekken de vacht lichter is. Dit zijn plekken als de buik en de hals. Koudere plekken als de snuit, staart en poten kleuren dan ook donkerder.

Bij de Tibetaan is dit een mengsel van het uiterlijk van de Burmees en die van de Siamees en Balinees. De Burmees heeft weinig contrast tussen de donkere en lichtere delen, dus de lichte delen zijn ook nog relatief donker. De Siamees of Balinees heeft veel meer contrast tussen de lichte en donkere delen. Bij de Tibetaan komt zowel de Burmese als de Siamese/Balinese variant van dit patroon voor. Wanneer de Tibetaan geboren wordt vertoond de vacht nog geen colourpoint patroon. Dit ontwikkelt zich pas later naar zijn permanente kleur.

De vachtkleuren

En zoals voor alle andere uiterlijke kenmerken zijn de vachtkleuren ook te relateren aan de voorouders. Deze rassen worden vooral gekenmerkt door donkere kleuren, dus zwart, bruin of grijs. Er worden vaak allerlei termen bedacht om de gehele vacht met betrekking tot kleur en patroon te benoemen. Bij de Tibetaan en de Tonkinees komen vaak de vachtbenamingen Mink en Sepia voor, maar deze namen zeggen vooral hoe de colourpoint zich bij deze specifieke kat heeft ontwikkeld.

De kleuren die veel bij deze Oosterse rassen voorkomen, en dus ook bij de Tibetaan, zijn:

• Seal: Deze kleur wordt vaak seal genoemd, maar hiermee wordt de kleur zwart bedoeld voor de Tibetaan. De koude delen van het lichaam vertonen dus zwart.
• Blauw: Dit is een verdunning van het zwart. Deze kleur blauw is niet het blauw zoals je misschien doet vermoeden. Door het verdunnen wordt de kleur grijzig en dit kan uitslaan naar het blauw.
• Chocolade: Dit is een romige bruine kleur.
• Lila: Lila is een verdunning van de chocolade kleur.

Dit zijn de meest voorkomende kleuren van de Tibetaan. Ook komt er af en toe nog wel eens een rode kleur voor bij de Tibetaan, maar minder vaak dan de bovengenoemde kleuren.

De opvoeding: zorg ervoor dat je kitten wordt gesocialiseerd

Bij kittens is het belangrijk dat ze wennen aan mensen. Het is belangrijk dat kittens wennen aan menselijke aanrakingen zodat verzorgende handelingen mogelijk worden. Als jouw kitten eenmaal aan menselijke aanrakingen is gewend wordt het mogelijk om bijvoorbeeld de nagels van je kitten te knippen, niet onbelangrijk!

Verder is het van belang dat jouw kitten went aan andere dieren en onbekende geluiden. Als jouw kitten hier niet aan went kunnen er klachten op het gebied van angst en stress bij de kitten optreden. Dit kan leiden tot meerdere problemen. Je kunt bijvoorbeeld denken aan problemen met betrekking tot de huid van de kitten of problemen met het immuunsysteem. Ook gedragsproblemen kunnen ontstaan. De kitten kan zich bijvoorbeeld erg agressief gaan gedragen. Absoluut niet wat je wilt!

Het is dus belangrijk dat de kat goed wordt gesocialiseerd. Dit is vooral van belang wanneer de kitten tussen de 2 en de 7 weken oud is. Naast deze eerste socialisatieperiode wordt ook wel van een tweede socialisatieperiode gesproken. Deze stopt zodra de kitten 14 weken oud is. Wanneer je jouw kitten wilt halen bij een fokker die aangesloten zit bij een kattenvereniging, krijg je jouw kitten pas mee als deze minimaal 13 weken oud is. De kitten heeft dan vrijwel de hele socialisatieperiode bij de fokker doorbracht. Het is verstandig om goed na te gaan of de fokker voldoende aandacht heeft besteed aan dit socialisatieproces.

De verzorging: houd rekening met de temperatuur in huis

Als je de Tibetaan al van jongs af aan in huis haalt, zorg ervan voor dat de kat went aan de normale gang van zaken in huis. Als je vaak mensen over de vloer hebt, minder dit dan niet speciaal voor je kat. Op deze manier kan de kat wennen aan onverwachte drukte in huis. Begin ook al vroeg met de haarverzorging van de kat. Zo kunnen ze wennen aan de aanrakingen van mensen en gaat de vachtverzorging later ook gemakkelijker.

Verder is het goed om rekening te houden met de temperatuur in huis. De Tibetaan heeft geen isolerende ondervacht, dus is gevoelig voor de kou. Hou de temperatuur in huis dus altijd boven de 15 graden. Mocht de Tibetaan ook naar buiten gaan, vermijdt dit dan als de temperatuur onder de 15 graden komt.

Verder is de Tibetaan erg makkelijk in de omgang, dus zal de verzorging geen grote uitdaging zijn. Probeer wel de vacht twee of drie keer in de week te kammen. De Tibetaan krijgt niet snel klitten, maar dit helpt wel om zijn vacht beter schoon te houden en mooier te maken.

De voeding die jouw kat nodig heeft

Naast een goede verzorging van de kat is de voeding natuurlijk ook erg belangrijk. De Tibetaan is een actieve kat, dus is niet erg vatbaar voor overgewicht. Houdt dit alleen wel altijd goed in de gaten. Een lange vacht kan ervoor zorgen dat een buikje verborgen blijft voor het aanzicht, maar overgewicht zit een kat altijd in de weg. Zorg voor een goede kwaliteit voeding, zoals bijvoorbeeld het merk Royal Canin. Ook is het voor de gespierde bouw van de Tibetaan van belang om eiwitrijke voeding in huis te halen voor een goed onderhoudt van deze spieren.

Ziektes die veel voorkomen bij deze kat

De Tibetaan heeft aanleg voor een erfelijke ziekte afkomstig van de Siamese voorouders. Gelukkig is dit niet een hele erge ziekte en kan de Tibetaan hier alsnog oud mee worden.

HCM

HCM staat voor hypertrofische obstructieve cardiomyopathie. Dit is een hartziekte die zorgt voor een verdikking van het weefsel van het hart. De kat zelf heeft hier niet veel last van en kan onderzocht worden door middel van een echo. De katten die deze ziekte hebben worden niet meer gebruikt om te fokken. Dit zorgt ervoor dat de ziekte zich niet verder verspreid.

Hoe oud kan de Tibetaan worden?

De Tibetaan kan tussen de 8 en de 13 jaar oud worden. De Aziatische groep staat erom bekend niet super oud te worden. De Tibetaan wordt daarom gemiddeld tussen de 8 en 13 jaar oud. Het spectrum is breed en een goede verzorging van de Tibetaan kan zorgen voor een hogere levensverwachting. Regelmatig voor controle naar de dierenarts, goede voeding en voldoende beweging dragen allemaal bij aan de gezondheid van de kat. Een kat die goed wordt verzorgd wordt doorgaans een stuk ouder dan een kat waarbij de verzorging niet optimaal was. Het ligt allemaal aan jou als baasje, want jij hebt hier de grootste invloed op.

Wat jij moet weten voordat jij dit type ras in huis neemt

De Tibetaan is een half langharige kat. Langharige dieren staan bekend om hun mooie uitstraling, maar dit komt niet altijd vanzelf. Om de vacht mooi te houden hebben deze dieren wel wat hulp van hun baasje nodig. Katten zijn altijd druk in de weer om hun vacht mooi te houden, maar dat is niet altijd voldoende. Bij langharige katten wordt aangeraden om zeker twee of drie keer per week te kammen. In de rui periode, de periode dat de katten veel verharen, wordt aangeraden om dit dagelijks te doen. De Tibetaan heeft niet de meest moeilijke lange vacht en heeft gelukkig ook niet vaak klitten.

De Tibetaan houdt er niet van om lang alleen te zijn. Als je zelf een vrij druk leven hebt en veel van huis weg bent, zorg ervoor dat de Tibetaan dan een vriendje heeft, zoals nog een Tibetaan! Ook is ruimte voor de kat belangrijk. Ze houden ervan om de boel te verkennen, dus een klein appartement kan ze snel vervelen. De Tibetaan is wel geschikt om binnen te houden, maar dan wel met de voorkeur voor veel ruimte. Buiten kan de Tibetaan ook wel komen, maar houdt er dan rekening mee dat een goed afgesloten omheining wel nodig is. De Tibetaan staat er niet bekend om, om zomaar weg te lopen, maar zijn nieuwsgierige aard kan er wel voor zorgen dat ze verdwalen. Verder heeft de Tibetaan geen ondervacht. Dit betekent dat de vacht minder isolerend werkt, dus zorg ervoor dat ze niet bloot worden gesteld aan temperaturen onder de 15 graden.

Voor de aanschaf van een kitten is het belangrijk dat je dit bij een bekende fokker doet. Er worden nog wel eens raskatten voor een zachter prijsje aangeboden, maar vaak klopt het papierwerk die laat zien dat het om een echte raskat gaat van geen kant. Daarnaast is het belangrijk dat je geen kitten koopt als de moederpoes niet aanwezig is. Voor de ontwikkeling van een kitten is het erg belangrijk dat deze in een huiselijke kring wordt opgevoed in het bijzijn van de moederkat. Ook is het van groot belang dat de kat is ingeënt, ontwormd en eventueel is gechipt.

Een van de grote verenigingen is Felikat. Felikat is één van de twee verenigingen die op het moment van schrijven in Nederland bestaan en die zijn aangesloten zijn bij de FIFe, de Fédération Internationale Féline. Mundikat is de andere vereniging. De Féderation Internationale Féline is een overkoepelend orgaan waarbij 40 landen zijn betrokken.

Na 13 weken geven Nederlandse fokkers de kitten mee aan de nieuwe eigenaar. Bovendien worden door de kattenverenigingen allemaal extra eisen gesteld. Zo moeten de fokdieren getest zijn op bepaalde erfelijke aandoeningen en blindheid.

Aan wat voor prijs moet je denken?

De Tibetaan kost tussen de €550 en de €800. De Tibetaan is een raskat met een vrij normaal prijskaartje, daarom valt dit ras in deze prijscategorie. Het vinden van een goede fokker in Nederland zal niet heel moeilijk zijn, aangezien het een Nederlands ras is. De fokker Agnes Driessen is helaas gestopt met het fokken van de Tibetaan en Tonkinees. Er zijn uiteraard nog andere fokkers die dit wel doen. Maar natuurlijk is alleen de aanschaf van de kat nog niet alles. Ook moet er een kattenbak met kattengrit komen, kattenvoer en bakjes voor het voer en water.

Kies jij ook voor de Tibetaan?

Heb jij al een Tibetaan in huis of ben je van plan om er een in huis te nemen? Laat dan van je horen! Wij zijn erg benieuwd waarom je voor dit kattenras kiest en wat deze kat volgens jou zo speciaal maakt. Je kunt dit laten weten door middel van het achterlaten van een reactie op dit artikel!

Hoe groot wordt de Tibetaan?

De Tibetaan weegt gemiddeld tussen de 3 en de 8 kilogram. Dit gewicht zal je misschien niet zo snel verwachten als je de elegante uitstraling van de kat ziet, ze zijn namelijk vrij slank gebouwd. Maar ondanks hun slanke lichaam zijn ze erg gespierd, vandaar dus ook hun redelijk zware gewicht. Het is een middelgroot tot groot kattenras, te vergelijken met de Balinees en de Tonkinees, waar de Tibetaan ook van afstamt.

Kan de Tibetaan goed alleen zijn?

De Tibetaan wordt liever niet lang alleen gelaten. Het zijn namelijk nogal sociale, vriendelijke en aanhankelijke beestjes. Daarom hebben deze katten voornamelijk gezelschap en een hoop speeltjes nodig om zich te vermaken. Dit gezelschap mag in de vorm van hun baasjes maar ook andere katten zijn welkom. Vandaar dat het ook aan te raden is om een tweede kat in huis te halen als je de Tibetaan toch alleen moet laten. Zo hebben ze elkaar voor gezelschap en voorkom je eenzaamheid. Ze zijn het liefst overal waar hun baasje ook is, en zullen dan ook vaak voor je voeten lopen als ze je het hele huis door volgen. Daarnaast zijn deze katten ook erg nieuwsgierig, alle hoekjes van het huis moeten dus ontdekt worden. Kastjes en plankjes zijn dus niet veilig van deze ontdekkers.